Blogopmaak

De Bikkersvaart

De sluis in de Eemdijk

Het antwoord op een erfgoedvraag kan gemakkelijk leiden tot een nieuwe vraag. Ditmaal naar aanleiding van de toelichting op de haven van Bunschoten. Daarop kwam de vraag of vanuit de haven van Bunschoten via de Bikkersvaart naar de Eem kon worden gevaren. Een interessante vraag. Tevens een onderwerp dat in het verleden wel eens tot bijzondere veronderstellingen heeft geleid.

 

Om een lang verhaal kort te vertellen, de kon niet. Op het moment dat de Bikkersvaart werd gegraven, in 1641, had de haven van Bunschoten haar functie al voor een belangrijk deel verloren. Dat kwam ook door de aanleg van een sluis in Spakenburger gracht bij de haven. Dat vond plaats in 1469 en sindsdien konden er alleen nog maar kleine schepen doorheen. Na die tijd begon de haven van Bunschoten te verlanden en verloor zij haar functie nog meer.

 

Maar dat wil niet zeggen dat er niet over de Bikkersvaart kon worden gevaren. Het is goed om even naar de aanleg van deze vaart te kijken. In die tijd, rond het jaar 1641, waren er geen wegen in de polder. De landerijen lagen in lange stroken van de Spakenburger gracht en de ‘Dorpsburgwal’ tot aan de dijk langs de Eem. Het overtollige water werd door middel van diverse kleine sluisjes in de Eemdijk geloosd op de Eem. Dat waren er maar liefst veertien tussen de Zuiderzee en de Haarse wetering bij Baarn.

Halverwege de zeventiende eeuw was daar een beetje de klad in gekomen. Een deel van die sluisjes verloren hun functie. Dat kwam vooral omdat de dijk langs de Eem, de zogenaamde Veldendijk, in 1604 flink was verzwaard waardoor de verschillende sluizen in de dijk verzakten. Zo kwam de afwatering in het gedrang. Ook al omdat door het ontbreken van goede sloten en watergangen in een gebied waarin de percelen soms wel drie kilometer lang waren. Daardoor gebeurde het dat er in het midden van de polder geen water stond, dan wel dat het water niet weg kon stromen.

Om die problemen op te lossen, besloten de eigenaren van de landerijen in dit gebied om een flinke sluis aan te leggen in de dijk langs de Eem. Een sluis met een breedte van ongeveer 3,75 meter. Deze kwam in de plaats van drie kleinere sluizen. Om van een goede toevoer van het water verzekerd te zijn, moest ook een watergang worden gegraven vanaf de Stadsgracht bij Bunschoten naar de nieuwe sluis bij de Eem. Een vaart met een breedte van ongeveer vijf meter en een diepte van anderhalve meter. Bovendien kwamen er dwars op de vaart aan beide zijden dwarsweteringen. De ene langs de Eemdijk en de andere ongeveer in het midden. Die weteringen waren wat smaller dan de vaart maar met hun breedte van 3,75 meter kon er toch veel water door worden afgevoerd.

De vaart stond in verbinding met de Stadsgracht. Daarom moest in de ‘Dorpsburgwal’ zoals de Stadsgracht toen werd aangeduid, een brug worden gelegd. Onder de brug zaten zogenaamde schotdeuren, waarmee de verbinding kon worden gesloten wanneer dat nodig was. Als de deuren open waren, kon vanaf de Stadsgracht de vaart in worden gevaren. Niet met grote schepen want zo hoog was de doorgang niet en het was geen ophaalbrug. Maar met een vlet konden boeren wel naar hun landerijen varen.



Jan Bicker

De vraag rijst direct waarom de vaart de naam Bickersvaart kreeg. Wellicht is dat gemakkelijk te verklaren. Om een dergelijk werk tot stand te brengen, is het nodig dat iemand het initiatief neemt. Wie dat precies is geweest, is niet met zekerheid bekend. Feit is wel dat ene Jan Bicker op dat moment eigenaar was van een deel van de grond in het betreffende gebied.

Jan Bicker kwam uit een invloedrijk Amsterdams geslacht die als koopman fortuin maakte. Hij deed zelfs zeer goede zaken. Ook was hij actief in het bestuur van de stad en was hij, net als zijn broers, enige tijd burgemeester. Hij had nogal wat bezittingen en kocht zo ook grond in de Bunschoter polder.

Omdat de watergang en de sluis zijn naam gingen dragen, ligt de veronderstelling voor de hand dat hij het initiatief nam en wellicht ook het geld leende. Al op kaart uit 1650 is er sprake van een Bickersweteringe en een Bickerssluis. Een naam die sinds die tijd niet meer uit de streek is weg te denken. Later kwam er immers nog een Bikkerswaterschap, een woonwijk met de naam Bikkersvaart, werd het omgelegde deel van de Vaartweg omgedoopt tot Bikkersweg en werd de tennishal aan deze weg getooid met de naam De Bicker.

Vaak wordt verondersteld dat schepen via de Bickerssluis in de Eemdijk naar de Eem konden varen. Dat ligt niet voor de hand. De sluis was vooral bedoeld om overtollig water te lozen. Die eerste sluis lag precies in het verlengde van de vaart. Veel geluk had men niet met de Bickerssluis. Stormen richten regelmatig schade aan en bij een stormvloed in 1675 sloeg een stuk van de dijk met daarin de sluis, helemaal weg. Er ontstond een enorm gat waar de dijk omheen werd gelegd. Dat is ter plaatse van de huidige Ringweg. De sluis kwam er wel weer, maar nu meer noordelijk.

De gedachte dat scheepvaart mogelijk was, is ontstaan doordat men met vletten wel door de Bickersvaart voer. Maar dan ben je nog niet op de Eem. 


Arie ter Beek • 19 februari 2025

Overige artikelen

door Arie ter Beek 29 januari 2025
Het Kolkplein na de demping van een deel van de kolk
door Arie ter Beek 22 oktober 2024
De botter BU 55 in de Oude Haven
door Arie ter Beek 9 oktober 2024
De Bonte Poort op een schilderij van H.W. Nieuwboer
door Arie ter Beek 31 juli 2024
De ingang in de jaren 1930
door Arie ter Beek 4 juni 2024
Kraoizeuken in Eigen Volk
door Arie ter Beek 24 april 2024
Titelpagina Van Bunschoten family
door Arie ter Beek 12 maart 2024
Defile van de afdeling in 1928 in Den Haag
door Arie ter Beek 9 januari 2024
Wat is Eemsnoer en de Canon van de Eem
door Jaap Groeneveld 9 januari 2024
Eembrugge op een kaart van rond 1750
door Arie ter Beek 9 januari 2024
Voorbeeld van een draaipaal of springstok
Meer berichten
Share by: